Kopiëren van Leren

Leren


Schrijven


Schrijven en handschriftproblemen


De ontwikkeling van het handschrift gaat van tekenen, krabbelen naar het schrijven van leesbare letters en woorden. Maar moeten we onze kinderen nog wel leren schrijven? Tegenwoordig werken we op Chromebooks... schrijven is dan toch niet meer nodig? Niets is minder waar.


Schrijven is veel meer dan het maken van lussen op papier. Een ontspannen en vloeiend, maar vooral een leesbaar handschrift mag niet onderschat worden.


Tijdens het schrijven worden er belangrijke verbindingen gelegd in de hersenen. De schrijf-beweging activeert en stimuleert een zeer groot deel van de hersenen. De geschreven woorden worden beter opgeslagen. Door te schrijven trainen we onze hersenen en bevorderen we de ontwikkeling van de fijne motoriek. Ook hebben jonge kinderen in ontwikkeling de beweging die de hand maakt nodig om letters te leren kennen en op te slaan in hun geheugen. En dit is weer belangrijk voor het lees- en spellingsonderwijs.


Bij schrijfproblemen kun je denken aan:


  • Een verkeerde pengreep.
  • zo hard drukken zodat de nagels wit worden.
  • Slordige, niet afgemaakte of niet leesbare letters.
  • De letters wisselen qua grootte.
  • Het handschrift is erg slordig of het schrijven lukt niet.
  • Steeds verder van de kantlijn schrijven.
  • Moeite om op de regel te schrijven.
  • tijdens het schrijven en knippen bewegen de kaken mee of de tong hangt naar buiten.


Schrijfvoorwaarden


Belangrijke schrijfvoorwaarden zijn lichaamskennis, lichaamsbewustzijn en lichaamscontrole (reflexen en psychomotoriek). Deze voorwaarden zijn de basis voor de verdere ontwikkeling van het kind. Schrijven is immers een samenspel van het volgen met de ogen (oculair volgen), controle over de hand, visueel en auditief geheugen, lateraliteit… Kortom: schrijven is een complexe bezigheid.

Schrijfmotorische therapie


Bij kinderen met bijvoorbeeld een overgebleven Assymetrische Tonische Nek Reflex (ATNR) zal het schrijven nooit geautomatiseerd worden. In de klas zal vooral het handschrift opvallen. Het is daarom van belang dat er eerst gekeken wordt naar de reflexen voordat we kunnen starten met schrijfmotorische therapie. Elke keer wanneer het kind zijn hoofd draait om naar de bladzijde te kijken, zal zijn arm willen uitstrekken en zullen zijn vingers zich willen openen. Het kost een kind daardoor veel inspanning om zijn potlood/pen vast te houden en te hanteren.



Het kind vecht tegen de zogenaamde onzichtbare kracht en zal dat leren compenseren door een onjuiste pengreep te gebruiken of door veel druk uit te oefenen.



Deze fysieke handeling van het schrijven vraagt zeer veel van de concentratie wat ten koste gaat van de cognitieve verwerking, waardoor hij moeilijk meerdere taken tegelijk zal kunnen combineren. Dit levert weer veel frustratie op.


Schrijfproblemen kunnen het vervolg zijn van een vertraagde of verstoorde motoriek, maar ook de techniek als verkeerde uitgangshouding van het kind en/of primitieve pengreep. De cognitie, het begrijpen hoe een letter wordt opgebouwd (lettertraject) en hoe verbindingen worden gemaakt. Dit alles heeft te maken met de ruimtelijke oriëntatie. Ook het karakter of een situatie kan het schrijfproces beïnvloeden. Daarnaast kan ook een onderliggende pathologische problematiek (ADHD, ASS, DCD e.d.) invloed hebben op het schrijfwerk.


Start Schrijftherapie


Tijdens de schrijfmotorische therapie komen reflexintegratie, visuomotorische training, lateralisatietraining, tactiele ontwikkeling, ruimtelijke ontwikkeling en schrijfontwikkeling samen. Het schrijven zal leiden tot een geautomatiseerde vaardigheid, zodat het kind zich kan richten op de inhoud van wat het wilt schrijven en niet op hoe het kind het schrijven aanstuurt.


Begrijpend Lezen


Alle teksten de Baas!


Door 6 simpele stappen te volgen krijg je overzicht en inzicht in teksten.


Om goed te leren begrijpen waar een tekst over gaat, is de ontwikkeling van de woordenschat en het niveau van het technisch lezen essentieel. Door na te denken over de tekst en jezelf voortdurend vragen te stellen, worden verbanden gelegd, waardoor inzicht en overzicht ontstaat. Je snapt de tekst, ziet het voor je in een plaatje, kan het in je eigen woorden navertellen en je woordenschat wordt (nog) groter!


Wist je dat begrijpend lezen de basis is voor vrijwel alle schoolvakken? En dat daarom het aanleren van een goede manier om begrijpend te kunnen lezen, heel belangrijk is voor de rest van je schoolcarrière?


Andere vakken


Ook bij het vak rekenen en dan met name bij verhaaltjessommen, is het leggen van verbanden heel belangrijk. Je moet begrijpen hoe het verhaaltje in elkaar zit. Daarna kun je pas de som uitrekenen. Dus verhaaltjessommen oplossen, is eigenlijk deels begrijpend lezen!


En natuurlijk gebruik je begrijpend lezen ook voor vakken als aardrijkskunde, geschiedenis en natuurkunde. Als je niet begrijpt wat je leest, kun je je de leerstof niet eigen maken. Of je moet alles letterlijk uit je hoofd leren. Sommige kinderen kunnen dat…… maar begrijpen niet wat ze leren. Ze kunnen alleen reproduceren en bij inzichtvragen vallen ze door de mand.


Als kinderen niet goed begrijpend kunnen lezen, kan dat voor problemen zorgen in het Voortgezet onderwijs.

Overzicht en inzicht


Cindy Cornelissen heeft een methodiek ontwikkeld om kinderen vanaf groep 5 t/m het voortgezet onderwijs op een makkelijke manier met teksten om te leren gaan. In 6 stappen leren de kinderen hoe ze door teksten kunnen komen en deze te begrijpen en te onthouden.


Door na te denken over de tekst en jezelf vragen te stellen, worden verbanden gelegd, waardoor overzicht en inzicht ontstaat.


Daardoor snap je de tekst en kan je het in je eigen woorden navertellen. Door met kleuren en plaatjes te werken, krijg je meer inzicht in de tekst. Mindmappen is hier een onderdeel van. Het stappenplan biedt hiervoor een uitstekende leidraad, waardoor deze vaardigheden (samenvatting, mindmap maken enz.) steeds makkelijker te ontwikkelen zijn. Deze methodiek is voor zowel beelddenkers als taaldenkers zeer goed in te zetten.



Naast het werken met de 6 stappen, ga je:


  • Je woordenschat vergroten.
  • Leren wat signaalwoorden zijn.
  • Synoniemen in teksten vinden.



Hoe en wat?


In 10 individuele lessen van een uur leert een kind een tekst te overzien, verschillende leesstrategieën toe te passen, vragen te maken bij een tekst en nog veel meer. Ook wordt aandacht besteed aan hoe je hersenen leren, hoe je ogen lezen en hoe je dit kan combineren. Dit oefenen we door actief aan de slag te gaan.



Spellen


Voor kinderen die moeite hebben met spelling kunnen we woordbeeldtrainer inzetten om het spellingprobleem aan te pakken. WoordBeeldtrainer is een remediërende spellingsaanpak waarmee kinderen alsnog, opnieuw of beter kunnen leren spellen.


WoordBeeldTrainer is een onafhankelijke methode en kan dus naast elke methode op school worden gebruikt.


Het sluit aan bij alle leervoorkeuren (dominantieprofielen), omdat er op alle zintuigen (zien, horen, zeggen, voelen en denken) een beroep wordt gedaan.


Kinderen met spellingproblemen hebben vaak moeite met de auditief-analytische methode. Ze kunnen de spellingsregels niet onthouden en/of toepassen. De methode WoordBeeldTrainer werkt met woordbeelden. Een methode om klank (auditief) en woordbeeld (visueel) samen te brengen, daarom is Woordbeeldtrainer uitermate geschikt voor kinderen met een visuele voorkeur voor onthouden.

Instapniveau


Allereerst wordt het instapniveau van spelling bepaald door middel van het afnemen van een PI-dictee (opgenomen in het landelijk dyslexieprotocol). Zo wordt in kaart gebracht welke spellingscategorieën geoefend moeten worden en kan er gestart worden met de woordbeeldtraining. Dit gebeurt thuis, met behulp van het computerprogramma. Het programma laat het kind elk woordje op krachtige wijze visualiseren. Elke dag 10 woordjes, 4 dagen oefenen, 1 dag dictee.


WoordBeeldTrainer is goed te combineren met de Kernvisie methode.


Voorwaarden:


Om tot schools leren te kunnen komen zijn leervoorwaarden nodig. Daarom zal voor start een uitgebreide screening plaatsvinden. Tijdens de screening wordt gekeken naar de neuro-senso-motorische ontwikkeling (reflexen), de visuele ontwikkeling, auditieve ontwikkeling, lateralisatie en het werkgeheugen.


Rekenen JaMaRa


JaMaRa is een unieke rekenaanpak waarbij we uitgaan van een krachtige, goede basis in getalbegrip, getalinzicht en goed kunnen automatiseren door te werken met een duidelijke links-rechts rekenrichting. Met deze manier van werken leggen we een stevige basis voor het rekenen door heel bewust met het lijf, de handen als uitgangspunt, te werken, zo concreet en dicht mogelijk bij het kind. Door aan te sluiten bij de rijping van het kind (via reflexen en lateralisatie), het aanvoelen en doorleven van getallen en hoeveelheden kan het kind op een praktische en snelle manier leren rekenen. Deze aanpak helpt kinderen alsnog, opnieuw of beter te leren rekenen.


Om te kunnen rekenen moet je de volgende onderdelen van rekenen onder de knie hebben:


  • Hoeveelheids- en getalbegrip.
  • Getalstructuur
  • Automatiseringsvaardigheden


Deze onderdelen worden dan ook als eerste bij JaMaRa aangepakt.


Bij JaMaRa wordt er uitgegaan van de volgende punten:


  • 1 eenduidige strategie.
  • Zo concreet en dicht mogelijk bij het kind.
  • Zo min mogelijk handelingen hoeven te verrichten.
  • Zo min mogelijke talige rekenactiviteit.
  • Koppeling hoeveelheidsbegrip en getalbegrip aanbrengen.
  • Inzicht in getalstructuur aanbrengen.
  • Op de juiste wijze leren automatiseren.


JaMaRa gaat ALTIJD terug naar de basis. Het fundament moet goed zijn om later met grote getallen te gaan rekenen. Wanneer het fundament tot en met 10 goed is, gaat er pas verder gerekend worden. Per sessie wordt er dan ook gekeken of uw kind toe is aan een volgende stap. Er wordt één enkele strategie aangeleerd, die toepasbaar is op alle getallen van 1 tot oneindig.

Daarnaast leert JaMaRa het kind rekenen in groepen in plaats van te tellen, waardoor het werkgeheugen niet belast wordt en het kind door kan krijgen hoe één en ander met betrekking tot optellen, aftrekken en inwisselen in elkaar grijpt.


JaMaRa leert als enige rekenmethodiek het kind de juiste denkstrategie aan om tot automatiseren te kunnen komen. Het gaat er niet alleen om WAT er gedacht wordt, maar bij automatiseringstaken vooral HOE er gedacht wordt.

Rekenzwakke kinderen doen dit vrijwel altijd op een verkeerde manier.


JaMaRa revalideert het denkproces. Tijdens het oefenen worden er zgn. ankers aangebracht, waarop het kind kan terugvallen. Dit zijn de steunpunten binnen de rekenhandelingen waarmee het kind niet meer verdwaalt of de kluts kwijt raakt.



De eerste sessie


Is een “onderzoeksessie”. Hierin wordt er naar verschillende onderdelen gekeken die eventuele leerproblemen in de weg zouden kunnen zitten:


  • Vaststellen hoeveelheidsbegrip, Inzicht in de getalstructuur en automatiseringstechniek.
  • Instaptoets om het reken automatiseringsniveau te bepalen.
  • Bespreken uitkomsten.
  • Bespreken doelen
  • Opstellen plan van aanpak


Daarna is het de bedoeling bij JaMaRa dat uw kind 1 keer in de 2 weken terugkomt om te laten zien wat het kind kan, en om eventueel verder te gaan naar een volgende stap.


Thuis wordt er ook iets van u verwacht. Per dag moet er 1 tot 2 maal geoefend worden. Dit duurt tussen de 5 en de 10 minuten per keer.


De methode is ontwikkeld door Will Missot en Fleur Giesen van het CNLS en Breincentrum (www.breincentrum.com).


Share by: